Voorbereiden: Verwarm de oven voor op 190 °C.
Bekleed een taartvorm van 30 cm diameter met bakpapier en leg één vel bladerdeeg erin. Druk het deeg goed aan en prik er enkele keren in met een vork.
Vullen: Strijk een gelijkmatige laag confituur over het deeg. Houd 1-2 eetlepels confituur apart voor de afwerking.
Ruitjes maken: Snijd met een gekarteld mes of een deegrollertje bandjes van maximaal 1 cm breed uit het tweede vel bladerdeeg.
Leg de bandjes in kruisvorm over de confituur en wissel na elke reep van richting om een ruitpatroon te creëren.
Randen afwerken: Snijd bredere repen van ongeveer 2 cm uit het bladerdeeg en bevestig deze langs de randen van de taart voor een nette afwerking.
Bestrijken: Klop de eidooier los met de melk en bestrijk het bladerdeeg zorgvuldig met een keukenpenseel voor een mooie glans.
Bakken: Plaats de taart in de oven en bak gedurende 25 minuten, of tot het bladerdeeg goudbruin en krokant is.
Afwerking: Verwarm de overgebleven confituur met een klein scheutje water in een pannetje. Breng kort aan de kook en mix tot een gladde saus.
Strijk de ruitjes met de warme confituur in voor een glanzende afwerking.
Voor een extra touch kun je een scheutje bruine rum door de confituur mengen.
Social
Make eat share tag
Heb je dit recept nagemaakt en was het lekker? Deel het dan zeker op social media en tag @sofiedumontchef! Dat vind ik superleuk! Smakelijk.